Een man en een vrouw, Peter en Marleen, bevonden zich op een zondagochtend in een oude kathedraal. De kerk was sierlijk versierd, met kaarsen die zachtjes flakkerden, en het zonlicht dat door de gebrandschilderde ramen viel, wierp kleurrijke schaduwen op de marmeren vloer.
Het had die nacht zwaar geregend en Marleen had nauwelijks kunnen slapen vanwege het geluid van de regen op het dak en het rollen van de donder.
Toen ze eindelijk in slaap viel, was het bijna ochtend. Peter had haar overgehaald om toch mee naar de kerk te gaan, belovend dat de preek vandaag bijzonder zou zijn.
Naarmate de preek vorderde, begonnen Marleens ogen zwaar te worden. Ze zakte langzaam in haar stoel en viel in slaap. Peter probeerde haar discreet wakker te maken, maar ze bleef rustig snurken.
Tijdens een deel van de dienst stelde de priester vragen aan de gemeente om hen bij de preek te betrekken.
Zoals het verhaal al aangaf, werd Marleen op verschillende momenten wakker gemaakt door Peter. Elke keer dat ze werd gepord, antwoordde ze op de vraag van de priester met een verrassend correct antwoord, ondanks dat ze half in slaap was.
Het hoogtepunt was natuurlijk het moment dat de priester vroeg: “Welke woorden sprak Eva tegen Adam na de geboorte van hun laatste kind?”
Marleen, geïrriteerd door het constante porren van haar man en nog half in een droomwereld, riep uit: ‘Ik zweer het, als je me daar nog een keer mee aanraakt, breek ik hem doormidden.’
De hele kerk barstte in lachen uit en Marleen werd rood van schaamte.
Peter kon zijn grijns niet verbergen en fluisterde in haar oor: “Zie je, ik zei toch dat de preek vandaag bijzonder zou zijn!”
Lachend liepen ze hand in hand de kerk uit, met de hele gemeente achter zich aan, nog steeds giechelend over het onverwachte antwoord van Marleen.
Laat deze grap je eraan herinneren dat humor op de meest onverwachte momenten kan opduiken, en vergeet niet dit verhaal te delen met je geliefden om een lach op hun gezicht te toveren!